De volgende ochtend zijn we na een karig ontbijt, in het verder prima hotel in Hoorn naar het buitencentrum van de Schoorlse duinen gereden. Vanaf dit bezoekerscentrum starten een aantal wandelingen door dit gebied. Wij kozen voor de 10 km lange Boswachterspad Noordzeewandeling. Direct achter het bezoekerscentrum ga je via en steile trap omhoog naar het hoogste duin (55,4 m) van Nederland.
Vanaf de top van het hoogste duin ging de route een stuk door het bos met hier en daar een zandverstuiving. Al vrij snel kwamen we bij het Vogelmeer. Er zaten een heleboel helder blauwe libellen, watersnuffels.
Ondanks de naam zaten er niet heel veel vogels, zeker niet aan deze kant van het meer.
Er vlogen libellen in allerlei kleuren bij de plas, zoals deze zwervende heidelibel.
In het water van het Vogelmeer zaten veel kikkers.
Veel planten stonden in bloei waardoor het er nogal kleurrijk uitzag rond het meertje.
Aan de overkant van het meer werd onze aandacht gegrepen door een groep roodborsttapuiten. Het mannetje met de gekleurde borst, het vrouwtje dat zoals bij veel soorten gewoon een KBV'tje is, een Klein Bruin Vogeltje.
Het had in de weken voor ons bezoek vrij veel geregend en het water stond wat hoger dan normaal. Het paaltje met de blauwe routepijltjes stond daardoor in het water en is door ons pas ontdekt op de foto. We zijn dus van de route geraakt en hebben een veel langere duinwandeling gemaakt dan de geplande 10 km.
Achter elke duintop hoopten we de zee te zien, maar lange tijd zagen we alleen maar nieuwe duintoppen.
De vermoeidheid verdween echter als sneeuw voor de zon toen een prachtige blauwborst kwam poseren op slechts enkele meters afstand van onze camera.
Uiteindelijk kwamen we via een flinke omweg op het strand bij een strandpaviljoen waar we hebben geluncht en even op het strand hebben rondgelopen.
Het was prachtig weer voor zo'n wandeling. Zonnig en een aangename temperatuur.
Aan zee zat een grote groep zilvermeeuwen.
Op het strand lagen oorkwallen en blauwe haarkwallen.
Na de lunch zijn we via een wat kortere route teruggelopen door de duinen naar het bezoekerscentrum waar onze auto stond. In deze tijd van het jaar is de kans groot dat je dan wat jonge vogeltjes tegenkomt. In het zand een jonge witte kwikstaart, van de kenmerkende zwarte borst is nog niet veel zichtbaar.
Bij de jonge putter is de kop nog bruin. Nog een paar maanden wachten en het vogeltje zal een fel rood masker hebben.
Aan het slangenkruid worden allerlei geneeskrachtige eigenschappen toegekend. Het is onduidelijk wat er van waar is, maar dat de wortel met wijn gedronken zou helpen tegen slangenbeten lijkt toch wat onwaarschijnlijk. Dit werd beweerd door de lijfarts van de Romeinse keizer Nero. Meer recent onderzoek toont aan dat de plant zelfs slecht voor je is en levercellen kan beschadigen.
Tot slot een rimpelroos, een plant uit Azië (China, Korea en Japan) die tegenwoordig ook in de Nederlandse duingebieden voorkomt.
Na de lange duinwandeling zijn we richting Den Helder gereden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten